We beginnen vandaag met iets minder vrolijks.
"Maar mijn gezicht zul je niet zien. Want niemand kan Mij zien en in leven blijven." (Exodus 33:20)
Dit zegt God tegen Mozes wanneer hij vraagt of hij God mag zien. God komt hem tegemoet. Hij mag God een beetje zien, maar niet helemaal, want dan zou Mozes niet in leven kunnen blijven. In de volledige aanwezigheid van een heilige, perfecte God kunnen zondige, imperfecte mensen niet blijven leven.
Slecht nieuws voor de mensen in het Oude Testament, maar goed nieuws voor ons. Ik zal uitleggen waarom.
Volgens de Bijbel worden we, wanneer we ons leven aan Jezus geven, opnieuw geboren. Er is dus een oude 'jij', en een nieuwe 'jij'. Deze oude 'jij' kon niet in Gods aanwezigheid zijn, omdat je vol zonde en schuld was. Maar deze nieuwe 'jij' is vergeven, rechtvaardig en kan altijd 'vol vertrouwen naar de troon van God komen', zoals de schrijver van de Hebreeënbrief zo mooi zegt.
Het probleem? We hebben soms nog steeds last van die oude 'ik'.
De oplossing? Veel in Gods aanwezigheid zijn. Je oude 'jij' kan namelijk helemaal niet in Gods aanwezigheid zijn en blijven leven. Terwijl je nieuwe 'ik' de tijd van zijn/haar leven heeft bij Gods troon, sterft je oude 'ik' daar.
Laten we zo leven: Dicht bij Gods troon, door voor de zonde, maar levend voor Hem!
Nils van Asselt
Meld je nu aan voor in Vuur en Vlam, een e-mailserie geschreven door jongeren, speciaal voor jongeren.